THE CASH BOX KINGS - OSCAR'S MOTEL

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Joe Nosek richtte The Cash Box Kings op in Madison, Wisconsin in 2001 en is sinds 2007 co leider van de band met de charismatische zanger Oscar Wilson. Met meer dan twintig jaar leeftijdsverschil en met een heel verschillende achtergrond, vormen Joe en Oscar een onwaarschijnlijk duo, waarbij Wilson's onmiskenbaar authentieke South Side Chicago blueszang wordt gecombineerd met Nosek's dynamische harmonica, songwriting en zangtalenten. Volgens Wilson zijn The Cash Box Kings een terugkeer naar het gouden tijdperk van blues. The Cash Box Kings zijn bonafide blues royalty en ze spelen meesterlijk rauwe en onverbloemde houserocking blues. Wilson's gruizige zang en Nosek's powerhouse mondharmonica voeden hun vlijmscherpe originele liedjes. Door het mengen van stoere Chicago en Delta blues en steamrolling bluesabilly (hun originele mix van Chicago blues en Memphis rockabilly), vallen ze elk nummer aan dat ze spelen met de hedendaagse autoriteit en old school authenticiteit. Na de enorme kritische en populaire reactie op hun Alligator Records debuut 'Royal Mint' uit 2017. Het werd in 2017 werd het album door MOJO magazine uitgeroepen tot één van de Top Tien Blues Albums van 2017. De band keerde in 2019 terug met hun tiende releaser 'Hail To The Kings'. Het album werd opgenomen in Chicago, met Nosek als producer en telt dertien nummers, waarvan elf originele songs die zijn geschreven of mede geschreven door Nosek en Wilson. Op 17 februari verschijnt hun derde album bij Alligator Records. Het heeft  'Oscar's Motel' als titel en bevat elf songs, waarvan Joe Nosek en Oscar Wilson er samen acht schreven of hielpen schrijven. 

 

 

 

 

Het album opent met de subtiel wulpse titeltrack 'Oscar's Motel'. Het is een Delta bluesnummer met een strakke en stompende groove. Joe Nosek is het gehele nummer uitstekend en uitdrukkelijk aanwezig op de mondharmonica en vocaal gaat Joe Nosek op bepaalde momenten Howlin' Wolf achterna met zijn geluiden van een huilende wolf. In het soulvolle Chicago blues nummer 'Down On The South Side' doen, met  trompettist Jim Doherty en saxofonist Al Falaschi, de blazers hun intrede. Billy Flynn strooit het gehele nummer gretig rond met snedige gitaar riffs.'Down On The South Side' zijn waargebeurde herinneringen van Oscar Wilson aan de gloriejaren van de black community's bluesscene. Na twee originele, door Wilson en Nosek geschreven nummers krijgen we met de Muddy Waters cover 'Please Have Mercy' een eerste cover. Deze trage en meeslepende ballade krijgt een Cash King Box jasje aangemeten. Oscar Wilson zingt het nummer met de nodige emotie in zijn stem en Joe Nosek is met zijn treurige mondharmonnica klanken de perfecte instrumentale begeleider. 

 

 

 

Het niet zo vriendelijke en hilarische 'I Can't Stand You' is een duet tussen Oscar Wilson en Deitra Feir, waarin de ene de andere niet spaart. Op het einde valt alles toch in de juiste plooi en zeggen zowel Deitra als Oscar dat ze elkaar, ondanks alle tegenstrijdigheden, toch graag zien. Dat The Cash Box Kings naast Oscar Wilson nog een sterke zanger in de band hebben krijgen we te horen in de vintage soul/blues ballade 'Hot Little Mess'. Joe Nosek schreef het nummer en zingt het ook. Instrumentaal is het genieten van het heerlijk pianospel van Lee Kanehira en het prachtige saxofoonwerk van Al Falaschi. 'Nobody Called It The Blues' begint met een gospel intro, maar verandert al snel in een stomende worksong met Oscar Wilson en Cameron Webb achter de microfoons. Billy Flynn strooit weer gretig rond met snedige gitaar riffs en Joe Nosek is weer heel bepalend met zijn uitstekend blaas en zuigwerk op de mondharmonica. 

 

 

 

Met de Sonny Boy Williamson cover 'Pontiac Blues' krijgen we houserocking blues. Drummer Kenny Smith en bassist John W. Lauler zorgen voor een heerlijk rockende groove. Joe Nosek en Lee Kanehira fleuren met dit feestje op met hun heerlijk werk op de mondharmonica en de piano. Na dit uitstekend swingende nummer nemen The Cash Box Kings heel wat gas terug met de slowblues 'Trying So Hard', met pianist Lee Kanehira, gitarist Billy Flynn en mondharmonicaspeler Joe Nosek in de instrumentale hoofdrollen. Vocaal weet Oscar Wilson deze slowblues met de nodige emotie en overtuiging te brengen. Voor de uptempo bluessong 'She Dropped The Axe On Me'  neemt Joe Nosek voor de tweede en laatste maal op dit album de microfoon over van Oscar Wilson. Hij is niet alleen met zijn stem nadrukkelijk aanwezig tijdens 'She Dropped The Axe On Me' maar ook op zijn mondharmonica. 'I Want What Chaz Has' is een grappig, waargebeurd verhaal. Gastmuzikant John Nemeth zingt het nummer op een mooie, gezapige wijze. Het heeft een heerlijke groove en met zijn gesmaakte mondharmonica solo geeft Joe Nosek het nummer nog meer cachet. 

 

 

 

 

Het album wordt in stijl afgesloten met de rock'n roll song 'Ride Santa Ride', een nummer met heel veel invloeden van Chuck Berry en zijn 'Roll Over Beethoven', alleen speelt 'Ride Santa Ride' van The Cash Box Kings zich af in de kerstfeer. Die invloeden beginnen al met de gitaar intro. Met zijn kloppend pianospel leeft Lee Kanehira zich uit op de klavieren van zijn piano en de gitaarsolo van Billy Flynn is andermaal van sublieme kwaliteit. 'Oscar's Motel' het derde album van The Cash Box Kings bij Alligator Records zal weer op heel wat succes kunnen rekenen. 'Oscar's Motel' is een meer dan uitstekende opvolger voor 'Hail To The Kings' uit 2019. De vintage bluessound van deze band telt nog steeds heel wat trouwe fans. De muziek van The Cash Box Kings komt natuurlijk het best tot zijn recht tijdens hun concerten en hoeft dan ook niet te verwonderen dat elk concert van The Cash Box Kings op een feestje uitdraait. (8/10)

 

 

 

 

 

 

 

 

Walter Vanheuckelom

 

 

 

 

01. Oscar’s Motel 2:46 (Wilson/Nosek, Eyeball Music, BMI)

02. Down On The South Side 3:41 (Nosek/Wilson, Eyeball Music, BMI)

03. Please Have Mercy 4:00 (Morganfield, Watertoons Music, BMI)

04. I Can’t Stand You 4:20 (Nosek/Wilson/Farr, Eyeball Music, BMI)

05. Hot Little Mess 3:29 (Nosek, Eyeball Music, BMI)

06. Nobody Called It The Blues 3:33 (Abrahamson/Procell/Nosek/Wilson, Throw Your Voice Music, Saw Rite Music, Eyeball Music, BMI)

07. Pontiac Blues 1:57 (Williamson, Arc Music, BMI)

08. Trying So Hard 5:17 (Flynn, Easy Baby Music, BMI)

09. She Dropped The Axe On Me 3:43 (Nosek, Eyeball Music, BMI)

10. I Want What Chaz Has 3:43 (Nosek/Wilson/Flynn, Eyeball Music, BMI)

11. Ride Santa Ride 3:15 (Nosek/Nosek/Wilson, Eyeball Music, BMI)

 

 

 

 

The Cash Box Kings

Joe Nosek: Mondarmonica, zang (5,9) en akoestische gitaar (9)

Oscar Wilson: Zang

Billy Flynn: Lead Gitaar, Bariton Gitaar (5)

Kenny “Beedy Eyes” Smith: Drums (1,4,7,8)

John W. Lauler: Upright en elektrische bas

Lee Kanehira: Piano, Orgel

 

With Special Guests:

Deitra Farr: Zang (4)

John Nemeth: Zang (10)

Shoji Naito: Ritme Gitaar (1,4,7,8), Kick Drum (3)

Andrew Diehl: Ritme Gitaar (5,6,9,10,11)

Derek Hendrickson: Drums (5,9,10,11)

Alex Hall: Drums (2,6) 

Cameron Webb: Zang (6)

Xavier Lynn: Ritme gitaar (2)

Jon McDonald: Gitaar (3)

Al Falaschi: Tenor en Bariton saxofoon (2,5)

Jim Doherty: Trompet (2)